Gepubliceerd 16 oktober 2018 | Door tom ribbens
In de zomervakantie gingen wij met ons gezin naar Berlijn, dat een indrukwekkende geschiedenis kent. Deze geschiedenis loopt als de jaarringen van een boom duidelijk zichtbaar door heel de stad. Na ruim een decennium onder het regime van het Nationaal Socialisme van Adolf Hitler geleefd te hebben, kwam de bevolking van Oost-Duitsland onder het juk van het communisme van de toenmalige Sovjet Unie (USSR) terecht. Je zou wellicht kunnen denken dat zo’n 2e dictatoriaal regime niet zou worden geaccepteerd na al het leed dat is geleden. Opvallender nog is dat uit een onderzoek is gebleken dat na de val van de muur en de eenwording van Duitsland, 20% van de voormalige Ossies terugverlangen naar de tijd voor 9 november 1989, het moment van de val van de muur.
Het bezoek aan Berlijn bracht me bij de vraag hoe het toch komt dat mensen binnen een systeem zo makkelijk te beïnvloeden, ja, zelfs te onderwerpen zijn. En wat voor de voormalige DDR geldt, geldt dit ook voor ons, mensen in het zogenaamde Vrije Westen? Zijn wij als collectief vrijer of verder ontwikkeld als individu? Vrijer of verder dan mensen nu in Noord-Korea bijvoorbeeld of in China, waar iedere beweging die je maakt door camera’s wordt bekeken en het menselijk gedrag met een uitgekiend beloningsysteem wordt gestuurd. En welke plek heeft het individu in een collectief systeem?
Om die vraag te beantwoorden is het belangrijk stil te staan bij de vraag hoe we ons de ontwikkeling, de groei als mens voorstellen. Als ik zelf stil sta bij deze vraag en terugkijk naar mijn eigen ontwikkeling als mens en mijn reflecties daarop, komt het volgende beeld in me op. De mens ontwikkelt zich eigenlijk als een soort twee-traps raket. In eerste instantie ontwikkelt de mens zich na zijn fysieke geboorte binnen de omstandigheden, de omgeving waarin hij opgroeit, dus binnen de wetmatigheden van het collectief. Dat kan dus in een Westers land zijn, zoals Nederland, maar dat kan ook binnen een ander politiek collectief zijn, zoals Rusland of China. Het principe is hetzelfde. Het eigen gezin waarin men opgroeit is hier natuurlijk ook van essentieel belang. Het is allemaal compost voor de individuele groei van deze specifieke, unieke mens. Deze groei, deze ontwikkeling heeft echter een bepaalde grens. De grens namelijk van het collectief, de gezamenlijke afspraken en regels die door de betreffende gemeenschap of binnen het gezin zijn gemaakt.
Een volgende belangrijke vraag is dan wat wij eigenlijk onder het woord individu verstaan. Wij in de Westerse, vrije wereld gebruiken dat woord heel makkelijk. We vinden dat wij vrij zijn vanuit het idee dat het individu de ruimte heeft zich te ontwikkelen naar zijn of haar eigen wensen. Wij zetten ons daarmee af tegenover andere systemen, zoals de communistisch samenlevingsvormen van Rusland en China, maar ook de Islam. Wij vinden ons vrijer, beter, verder ontwikkeld dan anderen, die onder ontwikkeld zijn, achterlijk zelfs. Toch is dit naar mijn mening een misleidend beeld. Waarom? Omdat wij op deze manier van naar het individu kijken, ons nog steeds bewegen binnen de grenzen van het collectief. Wij vinden onze individualiteit een grote verworvenheid en propaganderen dit, zolang wij maar binnen de lijntjes kleuren! Deze individualiteit waar wij zo trots op zijn, is eigenlijk een product van ons kapitalistisch systeem, waarbij de individualiteit in hoge mate wordt bepaald door wat wij kopen. De kapitalistische economie is ons kader. In ons collectief zijn we eigenlijk allemaal hetzelfde, maar van buiten zit er een mooi individualistisch jasje omheen. Inclusief onze democratische verworvenheid dat je eens in de 4 jaar op verschillende politieke partijen kunt stemmen, die binnen het kader van de kapitalistische economie blijft. Zich daar zelfs vaak door laat bepalen. Dit is een schijn-individualiteit, die uiteindelijk het kapitalistische collectief en zijn god het geld dient. Eigenlijk net als in Rusland, net als in de Islam, alleen is de grens van het individu daar meer zichtbaar, minder verborgen en verhuld. Het is voor ons moeilijk te verdragen om in te zien dat onze vrijheid relatief is en dezelfde betekenis heeft dan de vrijheid in een land als Rusland of China. Wij zijn daarin niet verder, vrijer of beter. Het heeft alleen een andere vorm, een ander gezicht.
Om daar nog even op door te gaan. In mijn visie is dat bijna alles wat wij lezen in kranten, in tijdschriften, maar ook alles wat zich ontwikkelt binnen onze wetenschap, zich binnen het kader bevindt van ons collectief systeem. Of anders gezegd binnen het bewustzijnskader van onze collectieve werkelijkheid. Binnen dit bewustzijnskader is het bijvoorbeeld heel logisch dat wij het van het allergrootste belang vinden dat we een oplossing moeten gaan zoeken voor het geval als we als mensheid niet kunnen overleven op onze Aarde. Daarom zijn we op dit moment grote inspanningen aan het leveren om ons voor te bereiden op een reis naar Mars en de mogelijkheid te onderzoeken of we ons daar als mens kunnen gaan vestigen. Wij zien dat als een enorme stap, een ontwikkelingsstap van onze mensheid, maar in mijn visie is het een stap binnen hetzelfde materiële bewustzijnskader, een mechanische stap. Het lijkt out of the box, maar is het niet.
Onze grootste, ware ontwikkelingsstap als mens zit hem niet in het ontwikkelen van een reis naar Mars, maar in de stap die het individu kan zetten op het moment dat hij de grens van het collectief heeft bereikt. Daar zit ons allergrootste potentieel. Ik had het over de twee-traps raket, waarbij de eerste trap de groei is tot de grens van het collectief. Hierbij zou je kunnen zeggen dat dit de vorming is van de persoonlijkheid van de mens, die als een schil, als een harnas aanwezig is om de kern, om de essentie die van binnen als een parel verborgen zit in ieder mens. Als dus de menselijke groei de grens van het collectief heeft bereikt, is de belangrijke vraag of er nog iets merkbaar of voelbaar is van deze essentie binnen de persoonlijkheid. Of is deze mens in zijn groei binnen het collectief zo geïdentificeerd geraakt met zijn persoonlijkheid dat hij zijn essentie helemaal is vergeten? Deze afgescheidenheid van onze essentie is precies het gevoel van verlorenheid en leegte dat iemand kan ervaren. Hier ligt voor ieder mens de keuze; of je verdooft dit gevoel van verlorenheid en leegte met van alles en nog wat of je staat jezelf toe dit te voelen, ook al is dit in eerste instantie niet fijn. Komen we onze pijn en gemis tegen. Bijna altijd is een crisismoment nodig om de schil of harnas van onze persoonlijkheid te doorbreken en weer contact te krijgen met onze kern, onze essentie. Dat kan het verlies zijn van een dierbare medemens, maar ook een burn-out, een ernstige ziekte. Dit alles vraagt om met onze aandacht naar binnen te gaan, om weer contact te maken met onze essentie. Daar vinden we een antwoord, richting, hulp. Dit is de tweede trap van de tweetraps raket van onze menselijke groei. Hier groeit het individu verder voorbij de grenzen van het collectief. Dat is kwetsbaar en krachtig tegelijk. Precies zoals het plantje in de lente boven de grond komt. Het kuikentje dat uit het ei wordt geboren.
Het bijzondere is dat er in onze tijd vele films zijn gemaakt om de kracht van het individu ten opzichte van het collectief zichtbaar te maken, wat duidt op een bewust, onbewust weten aanwezig van de potentiële stap die het individu kan maken. Twee van de bekendste films gaan hierover; Star Wars (Luc Skywalker) en Lord of the rings (Bilbo). Maar ook films zoals over het leven van Sophie Scholl, maar ook Billy Elliot, die zijn individuele verlangen volgt, dat haaks staat op wat zijn omgeving van hem verwacht. Het mooie is dat je in de individuele hoofdrolspelers van deze films de kwaliteit zien die vanuit de essentie van dit individu wordt vertegenwoordigd. Bij Bilbo Ballings is het de zuiverheid van het hart, dat tegen de duistere verleiding van de ring bestand is. Bij Billy Elliot is het de kracht van het verlangen, de kracht van de eigen passie, die anders is dan wat in zijn omgeving van een jongen wordt verwacht. Bij Sophie Scholl is het luisteren naar de waarheid, het gaan staan voor die waarheid tegenover de leugen van het regime van Hilter. En trouw, trouw zijn aan die waarheid. Zuiverheid, verlangen, staan voor de waarheid, trouw. Dit zijn allemaal kwaliteiten van de essentie die in ieder mens aanwezig zijn en zich kunnen manifesteren.
Films of hedendaagse helden (Nelson Mandela) kunnen hierin voorbeelden zijn, maar voor ieder mens in zijn eigen situatie dient zich het moment aan dat hij of zij zich als individu dient te verhouden tot het collectief. En hierin het verschil kan maken. Bij mij was dat toen ik jaren geleden een uitkering had en het mij niet lukte om binnen het reguliere, collectieve kader te werken. Dat voelde voor mij als maatschappelijk werker te benauwend. Ik had wel een droom om mijn eigen werk vorm te geven door een eigen stichting op te zetten en activiteiten mogelijk te maken voor uitkeringsgerechtigden, die pasten bij hun talent of passie. Met hart en ziel, zo heette ook de stichting, die ik in 1997 oprichtte. Maar ik moest daarvoor wel naar mijn consulent van Sociale Zaken en me kwetsbaar maken door mijn droom te vertellen. Ik trof de goede persoon in deze man, die me een jaar de tijd gaf om met mijn initiatief mijn eigen baan te scheppen, hetgeen uiteindelijk lukte. Zo heeft ieder hierin zijn eigen voorbeeld om zich als individu te verhouden tot het collectief, tot zijn gezin, tot welke situatie ook waarin hij of zij zich gevangen voelt zitten.
De groei van het individu buiten de kaders van het collectief is een ware aardverschuiving ten opzichte van de eerdere groei binnen het collectief. In de ontwikkeling binnen het collectief staat, ook al is er sprake van een individuele groei, het collectief en de regels van het collectief centraal. Dat betekent ook dat de liefde binnen deze ontwikkeling voorwaardelijk is. Het gaat niet om jou, het gaat om jou binnen een bepaald kader, altijd binnen een bepaald kader. Wij zijn dan ook gewend geraakt om de liefde buiten onszelf te zoeken en ons te richten op wat anderen van ons verwachten. Voor wat, hoort wat. Als wij de grens van onze groei binnen het collectief hebben bereikt en wij door een crisismoment ons genoodzaakt voelen om ons naar binnen te keren, ontdekken we dat er een liefde mogelijk is, die onvoorwaardelijk is. Hier komen we thuis, voelen we ons volledig gezien, staat niemand of niets anders dan wijzelf, dan ikzelf centraal! Is dit dan niet egoïstisch, vraagt ons denken vanuit dat oude bewustzijnskader zich af? Nee, juist niet, want zoals ik van binnenuit wordt liefgehad, zo wordt ieder mens liefgehad. En vanuit die onvoorwaardelijke liefde voel ik me juist op een nieuwe manier verbonden met het geheel.
Deze onvoorwaardelijke liefde wordt de nieuwe basis van onze verdere groei als individu. Hiermee verandert ons bewustzijn. In feite zou je kunnen zeggen dat hier een nieuw bewustzijn wordt geboren. Een meer geestelijk bewustzijn. En dit is gaande. Dit is gaande in talloze individuen hier op Aarde, op dit moment. En deze individuen vormen weer cellen met gelijkgestemden, die elkaar in hun groei ondersteunen. Deze individuen voeren geen oorlog, voeren geen oorlog met een ander collectief, een ander mens, de natuur. Veroveren niets dat ten koste gaat van iets anders. Zij zijn zich bewust dat er onder de oppervlakte van de collectieve wetmatigheden, het collectieve krachtenveld, een nieuw bewustzijn wordt geboren. Een bewustzijn dat vriendelijk is voor alles dat leeft, dat een is met alles dat leeft. Dat leeft, zich ontvouwt, zich in talloze vormen manifesteert, eindeloos. Dat is mijn innerlijk werk. Dat ik zwanger ben van dat nieuwe bewustzijn en dat in mij wordt geboren. Dat ervaar ik als mijn belangrijkste taak als mens. Dat mijn oude bewustzijn sterft en ik van binnenuit wordt hervormd, omgevormd tot een nieuwe mens. De mens zoals ik bedoeld ben. Die leeft naar zijn essentie.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!